Co-housing met 1000 soorten!
28-06-2024
Als je zoals ons het voorrecht hebt om van een grote tuin te genieten, lijkt het logisch om deze groene oase met anderen te delen. Uiteraard zijn al onze familie, vrienden en buren welkom, maar ik heb het eerder over een uniek samenleven met onze inheemse biodiversiteit. Een leuke gedeelde tuin is tegelijk een garantie voor verwondering, ontdekking en boeiend struinen doorheen de seizoenen.
Een jaar geleden begon ik ijverig met het identificeren van al dat moois: planten, paddenstoelen en veel beestjes, groot en klein. Mijn streven: een 1000-soorten tuin, een biodiversiteitsvriendelijke oase waar veel soorten hun plekje vinden., Het is uiteraard moeilijk om zelf alle soorten te kennen maar met de app obsidentify als encyclopedie in de broekzak kom je al een heel eind.
Benieuwd hoe ook jij je tuin kan inrichten en 1000 soorten verwelkomen? Hier een aantal tips:
- Vermijd het gebruik van chemische producten - herbiciden, insecticiden en pesticiden - alsook kunstmest in je tuin. Het lijkt misschien tegenstrijdig maar hoe voedselarmer je grasland, des te meer bloemen en des te meer insecten!
- Creëer een veelheid van mini-habitats in je tuin: een poel, een haag of heg, een bosrand, een grasland, een ruigte, een zandzone, een boomgaard,… Een tuin is immers een mini-ecosysteem op mensenmaat. Elke habitat is een thuis voor weer andere soorten.
- Zorg voor een lange en diverse bloeiboog, dit is een veelheid aan nectar- en stuifmeelbars voor onze bestuivers, idealiter van maart tot en met oktober. Een bloeiboog houdt rekening met wat bloeit in je grasland, maar evengoed heg en bosrand. Veel diersoorten specialiseren zich op bepaalde plantenfamilies dus zorg dat je ook hierin diversiteit hebt
- Creëer zo veel mogelijk gradiënten in je tuin: van droog naar nat, van zonnig naar schaduw, veel wind tot beschut. Ook verticale lagen zijn belangrijk: van gras tot kruidlaag, tot struiken, bomen en zelfs klimplanten. Elk diertje en plantje vindt dan zijn ideale favoriete plekje!
- Ga voor een veelheid van inheemse planten! Het is bewezen dat hoe meer inheemse plantensoorten je een plaats geeft in je tuin, des te meer lokale diersoorten erop af zullen komen.
- Nodig de fauna uit in je tuin. Elke diersoort heeft nood aan voedsel, water, beschutting en een voortplantingsplek, idealiter allemaal voorzien in je tuin zo is het niet enkel een passage maar blijven ze er. Een heg is ideaal voor veel dieren, een takkenwal, een hoop stenen of dood hout, een hooiruiter, een insectenhotel, nestkastjes en voederplankjes in de winter.
Wij pasten deze principes toe sinds onze verhuis in onze initieel monotone weinig soortenrijke tuin en zien elk jaar de teller meer de hoogte in gaan! De omgeving speelt natuurlijk een belangrijke rol, woon je op de buiten omringd door natuur dan vindt de biodiversiteit makkelijker een weg naar je tuin. Maar zelfs in de stad kan een ecologische tuin veel betekenen voor meer algemene soorten die het steeds moeilijker hebben. Als de buren ook meedoen creëer je zo een groen netwerk waar steeds meer soorten hun voordeel uit halen.
Hoe begin je ermee om in kaart te brengen wat er allemaal leeft in je tuin?Het is gewoon een kwestie van veel observeren door de seizoenen heen en op verschillende uren overdag en ‘s nachts. Er zijn een aantal hulpmiddelen: plaats een nachtvlinderval, een wildcamera, sla met een stok op de takken van de bomen en vang de insecten op in een paraplu, neem plaats aan de poel op vroege en warme uren, tuur met je verrekijker en herken vogelgeluiden met de Merlin Bird ID app, ritsel in de bladeren in de herfst, kijk wie de bloemen bezoekt en kijk ook eens onder dood hout.
In mei van dit jaar ben ik weer begonnen met observeren. Het is echt verslavend, en ik heb er alle vertrouwen in dat de 1000-soortentuin binnen handbereik is. De teller staat voorlopig op 780 soorten en dat is vooral dankzij de flora en nachtvlinders waar ik me op heb toegelegd. Ik hoop deze zomer me ook wat meer te verdiepen in spinnen, zweefvliegen, en sprinkhanen.
Samenleven met biodiversiteit betekent ook: de woelmuizen die knabbelen aan de wortels van onze fruitbomen, onze kersen delen met de spreeuwen, een miereninvasie in de badkamer, overwinterende lieveheersbeestjes in huis, slakken die smullen in de moestuin, een steenmarter onder ons dak, een nest spitsmuizen in onze composthoop, de grote bonte specht die onze insectenhotels leegrooft en pijnlijke mieren met stevige kaken bij de tuinwerken. Maar dat hoort er gewoon bij, het zijn lessen in de nederigheid en tonen dat de natuur toch altijd het laatste lacht! Ik zou het niet meer kunnen missen.
Bij deze wens ik jullie allen veel plezier met het ontdekken, verwonderen en observeren van al die weelde in je tuin. Sla je gegevens zeker op in Obsidentify (waarnemingen.be), dan draag je bij tot burgerwetenschap. Wil je graag hulp hiermee, of een mini-bioblitz organiseren om van start te gaan bij jou, een wildcamera plaatsen of een nachtvlinderval uittesten, neem zeker contact met ons op. Lees er hier meer over de diensten die we aanbieden.
Reacties
- Knap An en Frank, nog 220 te gaan 😉 (Johan)
- Heel interessant en mooie website. We leren telkens bij en proberen in onze mooie maar klassieke tuin iets toe te passen.Proficiat👍 (Roos)
Geef een reactie